
De deegbodem van focaccia is te vergelijken met die van een pizza, maar dikker. De basis bestaat uit een mix van bloem met een hoog glutengehalte, olijfolie, water, suiker, zout en gist.
De smaak van het brood kan versterkt worden door kruiden te gebruiken of door het te beleggen met kaas en ham of te verfrissen met verschillende groenten. Focaccia wordt in Italië veel gebruikt als een sandwich brood, maar kan ook uitstekend als bijgerecht bij Italiaanse maaltijden worden gebruikt, of gewoon lekker met een beetje boter.
Bereidingstijd |
Bereiding: 20 minuten Rijzen: 60 minuten Oven: 25 minuten |
Ingrediënten
- 500 gr. Tarwebloem
- 30 gr. Verse gist
- 30 cl. Lauw water
- 3 el. Olijfolie
- 1 el. Suiker
- 1 el. Gedroogde rozemarijn
- 1 tl. Zout
Bereiding
Los de gist en de suiker op in het lauwe water en meng het goed onder de bloem. Voeg vervolgens de olijfolie, het zout en de gedroogde kruiden aan het mengsel toe en kneed het deeg gedurende 15 minuten tot het zacht en elastisch is. Laat het deeg gedurende 30 minuten op een warme plaats rusten onder een plastic folie en handdoek tot het in volume verdubbeld is.
Kneed het deeg na het rijzen nog even door om er de lucht uit te halen en rol het op een stuk bakpapier uit tot een dikte van ongeveer een halve centimeter. Leg het uitgerolde deeg voorzichtig op een bakplaat en bestrijk het met olijfolie. Laat het deeg vervolgens op een warme plaats een tweede maal 30 minuten rijzen onder een plastic folie en handdoek.
Plaats na 15 minuten een bakblik met warm water onderaan in de oven en verwarm de oven voor op 200 °C.
Maak met je vingers een aantal kuiltjes in het gerezen deeg en bak de focaccia gedurende ongeveer 25 minuten in de op 200 °C voorverwarmede oven. Laat de focaccia op een rooster afkoelen en snijd het brood tot slot in vierkantjes.